Er was eens een student die heinde en verre reisde om zijn kennis van het pad uit te breiden. Tot zijn grote vreugde kreeg hij op een dag een audiëntie bij een bekende zenmeester. Toen ze samen gingen zitten, deelde hij de vele dingen die hij tijdens zijn reis had bestudeerd. Na bijna een uur beleefd te hebben geluisterd, riep de meester om thee. Zoals altijd werd de thee bereid volgens een uitgebreide reeks rituelen.

Toen het tijd was om te schenken, verrichtte de meester zelf de eer. Tot ontzetting van de student stopte de meester echter niet met inschenken toen het theekopje vol was. Hij bleef de gouden vloeistof gieten totdat het over de zijkanten van de kop en op de schotel begon te morsen.

De student wilde niet zo aanmatigend zijn om de meester te corrigeren, maar toen de thee over de randen van de schotel begon te stromen en op de grond begon te plassen, had hij het gevoel dat hij geen keus had. ‘Neem me niet kwalijk, o eerbiedwaardige,’ zei hij, zorgvuldig lettend op de vormen van respect, ‘maar je moet ophouden met gieten. Het kopje is vol, het kan geen thee meer in.’

‘Ah,’ zei de meester met een twinkeling in zijn ogen. ‘Net als deze beker zit je geest vol met je eigen ideeën en verzamelde kennis. Als je iets nieuws wilt leren, moet je eerst je kopje leegdrinken!’

Dit verhaal wordt door veel trainers gebruikt als metafoor om deelnemers aan te moedigen hun oude denken opzij te zetten, zodat ze nieuwe dingen konden leren tijden hún training. Maar wie verder komt op het pad van persoonlijke ontwikkeling weet dat de beste inzichten van binnenuit komen. Zo krijgt het ‘lege kopje’ een nieuwe beleving. In plaats van te proberen ruimte te maken voor iets door een ‘expert’ kan worden ingebracht, is het doel van het leegmaken van onze geest, zodat deze kan worden gevuld met inzicht vanuit de ‘natuurlijke intelligentie’ die buiten ons persoonlijke denken bestaat. De inzichten ingegeven door onze intuïtie zeg maar. 

Je kopje kan iets nieuws gaan bevatten zodra hij niet met gedachten, conclusies etc is gevuld. De vraag ‘hoe maak je je brein leeg’ lijkt dan voor de hand te liggen. Hoe maak je je overal minder druk om? Maar wellicht is de vraag niet… wát kunnen we doen zodat het kopje leger raakt. Maar wat kunnen we doen zodat hij niet telkens opnieuw gevuld wordt.

Vergelijk het eens met een auto. Wil je dat je auto langzamer rijdt dan doe je dat door het gaspedaal niet in te drukken. Je hoeft niets te ‘doen’ om het aantal toeren te verlagen. Op dezelfde wijze hoef je ook niets te ‘doen’ om minder gedachten te krijgen. Je hoeft niets te doen om je natuurlijke toestand te bereiken. Net als een auto wanneer je het gaspedaal loslaat kom je vanzelf tot stilstand.

Je kunt wel herkennen dat je de verkeerde kant op gaat. Wanneer je merkt dat je gedachten op hol gaan, laat ze dan zijn. Meer is niet nodig. De rust waar je naar zoekt is niet alleen daar waar je nu bent, het is zelfs degene die je nu bent. Jij bent. En dat is genoeg!